
- Home
- Behandeling & onderzoek
- Schildwachtklierprocedure
Schildwachtklierprocedure
De chirurg heeft bepaald dat u in aanmerking komt voor een schildwachtklierprocedure. Het doel van de operatie is om informatie te krijgen over de lymfeklier(en). De lymfeklier(en) worden operatief verwijderd en onder de microscoop onderzocht op kwaadaardige cellen. In deze folder leest u alles over de voorbereiding, het onderzoek, de operatie en de nazorg.
Wat is de schildwachtklier?
De schildwachtklier is de lymfeklier die als eerste het lymfevocht uit het orgaan (bijvoorbeeld uit de borst of de huid) en het tumorgebied opvangt. Kankercellen kunnen zich verspreiden via het lymfevocht. De schildwachtklier wordt als eerste aangedaan als cellen van het gezwel zich verspreiden door de lymfebanen. Pas later worden ook andere lymfeklieren aangetast. De klier bevindt zich meestal in de oksel of lies, soms naast het borstbeen of sleutelbeen. Soms gaat het om meer dan één klier. De schildwachtklier wordt ook wel eens poortwachtersklier of sentinel node genoemd.
Als de schildwachtklier geen tumorcellen bevat, is de kans klein dat de overige lymfeklieren tumorcellen bevatten. Als er wel tumorcellen in de schildwachtklier worden gevonden, bestaat de kans dat ook de omgevende lymfeklieren zijn aangetast. Uw arts kan dan een aanvullende behandeling met u bespreken. Dit hangt ook af van de andere kenmerken van de tumor.
Bij mensen zonder uitzaaiingen blijft de lymfeklieroperatie dus beperkt tot het verwijderen van (meestal) één of twee klieren.
De schildwachtklierprocedure wordt uitgevoerd bij mensen met een tumor waarvan bewezen is dat die kwaadaardig is. Als er al voor de operatie vergrote lymfeklieren worden gevonden, zal daar eerst verder onderzoek naar worden gedaan.
Schildwachtklierprocedure met radioactieve stof
De schildwachtklier kan op verschillende manieren worden opgespoord. Eén van de manieren is met een radioactieve vloeistof. Hiervoor heeft u één dag voordat u wordt geopereerd in het Maasziekenhuis een afspraak op de afdeling Nucleaire Geneeskunde van het Radboudumc in Nijmegen. Tijdens deze afspraak krijgt u een radioactieve stof ingespoten via injecties net onder de huid. Dit kan even gevoelig zijn. De radioactieve stof zal zich in de uren daarna verplaatsen via het lymfevocht naar de eerste klier. Om te controleren of de radioactieve stof zich goed verplaatst, wordt er ongeveer drie uur nadat u de injecties heeft gehad, nog een scan gemaakt. De hoeveelheid radioactiviteit die wordt toegediend, is klein en ruim binnen de norm die de overheid daarvoor heeft aangegeven. Bijwerkingen zijn niet bekend.
Tijdens de operatie in het Maasziekenhuis kan de chirurg de schildwachtklier opsporen met een apparaatje. Via een kleine snede, vaak in de oksel, wordt de schildwachtklier (of -klieren) verwijderd. Het weefsel wordt naar de patholoog opgestuurd voor onderzoek onder de microscoop. De uitslag van dit onderzoek krijgt u van de chirurg, ongeveer twee weken na de operatie.
Schildwachtklierprocedure met blauwe kleurstof
Een andere manier om de schildwachtklier te vinden, is met blauwe kleurstof. Dit kan uitgevoerd worden tijdens de operatie in het Maasziekenhuis. Nadat u onder narcose bent gebracht, wordt een kleine hoeveelheid blauwe kleurstof in de borst gespoten. Deze kleurstof stroomt via de lymfebanen naar de schildwachtklier. Die kleurt blauw aan, tijdens de operatie wordt die kleur verwijderd. Het weefsel wordt naar de patholoog opgestuurd voor onderzoek onder de microscoop. De uitslag van dit onderzoek krijgt u van de chirurg, ongeveer twee weken na de operatie.
De rest van de blauwe kleurstof die tijdens de operatie is ingespoten, verlaat het lichaam via de urine of ontlasting. Hierdoor kunnen uw urine en ontlasting de eerste dagen na de operatie blauw of groen van kleur zijn. De kleurstof is een geregistreerd middel. In uitzonderlijke gevallen kan een allergische reactie optreden. De borst kan nog lang blauw blijven van de kleurstof.
Voorbereiding op de opname in het Maasziekenhuis
Pre-operatief spreekuur
Voordat u geopereerd wordt, heeft u een afspraak op het Pre-operatief spreekuur (afgekort POS). Hier heeft u een gesprek met de apothekersassistente, met de anesthesioloog en met de informatieverpleegkundige. Samen bespreekt u wat er nodig is om de operatie goed voor te bereiden. Bijvoorbeeld de manier van verdoving tijdens de operatie, welke medicijnen u gebruikt en of u voor deze operatie tijdelijk met deze medicijnen moet stoppen. In de folders 'Anesthesiologie' en ‘Wegwijzer bij opname’ kunt u meer lezen over de opname en de voorbereiding hierop.
Tijdstip van opname in het Maasziekenhuis
Om te horen hoe laat u op de dag van opname verwacht wordt in het Maasziekenhuis, kunt u de dag vóór opname tussen 14.00 en 16.00 uur bellen met het Opnamebureau op het nummer 0485-84 57 10.
Opname in het Maasziekenhuis
Melden
In het Maasziekenhuis meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de balie van de verpleegafdeling. Een verpleegkundige wijst u uw kamer en bed. Zij stelt u een aantal vragen, beantwoordt mogelijke vragen van u en bereidt u verder voor op de operatie. Zij neemt uw temperatuur en polsslag op en u kunt de operatiekleding aantrekken.
Na de operatie
Na de operatie wordt u wakker op de uitslaapkamer. U heeft een infuus in uw arm voor het toedienen van vocht en eventueel medicijnen. De wond is verbonden met gaasje.
Een verpleegkundige brengt u terug naar de verpleegafdeling. Daar wordt regelmatig gevraagd hoe u zich voelt en of u pijn heeft. Ook wordt uw bloeddruk, de wond en het infuus regelmatig gecontroleerd. Als u niet misselijk bent, mag u na de operatie weer eten en drinken. Als het drinken en eten goed gaat, wordt het infuus verwijderd.
Sommige patiënten krijgen tijdens de opname een injectie met een antistollingsmiddel om trombose te voorkomen. Of dat in uw situatie nodig is, hoort u na de operatie van de arts.
Na de operatie is de wond afgedekt met steristrips. U mag de dag na de operatie kort douchen. In de dagen na de operatie zult u zich weer vrij snel kunnen verzorgen en vrij bewegen. Bewegen is goed voor het herstel.
De dag na de operatie neemt de casemanager mammacare contact met u op om te vragen hoe het met u gaat.
De opname duurt meestal één tot twee dagen.
Complicaties
De schildwachtklierprocedure geeft een kleine kans op complicaties. U kunt soms een verminderd gevoel hebben rondom het litteken.
De kans op lymfoedeem door deze procedure is heel klein. Wel kan er sprake zijn van een tijdelijke vochtophoping op de plek waar de lymfeklier (of -klieren) is verwijderd.
Na de opname
Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?
In de volgende gevallen dient u contact op te nemen met de poli Oncologie:
- Bij een nabloeding of wondlekkage.
- Bij hoge koorts (meer dan 38,5 °C).
- Bij extreme pijn.
- Bij roodheid rondom de wond.
- Bij zwelling van het wondgebied.
Als zich thuis bovenstaande problemen voordoen, neemt u dan contact op met de poli Oncologie, via telefoonnummer 0485-84 55 26.
’s Avonds en in het weekend kunt u tot 24 uur na de operatie bellen naar de afdeling C2 via telefoonnummer 0485-84 55 30. Na 24 uur na de operatie neemt u contact op met de Spoedeisende hulp via telefoonnummer 0485-84 53 31.
Adviezen voor thuis
- Bij pijn mag u paracetamol 500 mg tabletten gebruiken, maximaal 4 keer per dag 2 tabletten.
- Wees de eerste 4-6 weken voorzichtig met tillen en alle bewegingen en activiteiten die nog pijnlijk zijn.
- De wond heeft geen speciale verzorging nodig. Als de wond droog is, hoeft er geen gaas of verband meer op.
- Gebruikt u zo min mogelijk pleisters. Mocht dit wel nodig zijn, gebruikt u dan papieren pleisters.
- Tot aan de controleafspraak mag u niet baden. U mag wel douchen.
- Overlegt u tijdens de eerste poliklinische controle wanneer u weer mag sporten.
- Wanneer u weer kunt gaan werken, hangt af van het werk dat u verricht. Dit kunt u ook tijdens de eerste poliklinische controle overleggen.
Poliklinische controle
Na ongeveer 10 tot 14 dagen heeft u op de polikliniek een afspraak voor controle. De chirurg bespreekt met u de uitslag van het onderzochte weefsel. Afhankelijk van de uitslag kan een aanvullende behandeling worden geadviseerd. Wij raden u aan uw partner of een andere naaste mee te nemen naar deze afspraak.
Oncologiecommissie
De specialisten van het Maasziekenhuis werken nauw samen met specialisten van het Radboudumc in de oncologiecommissie. In deze commissie worden de ziektebeelden van alle patiënten besproken om tot een optimale behandeling te komen.
Meer informatie
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stelt u deze dan aan uw behandelend arts, verpleegkundig specialist of de casemanager mammacare.
Ook als u ongerust bent over uw situatie mag u altijd contact opnemen met de casemanager mammacare. De casemanager mammacare is bereikbaar op telefoonnummer 0485-84 55 26 of via mammacare@pantein.nl.