Maasziekenhuis Pantein Buiten
  1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Moeite met slikken en globusgevoel
Behandeling

Moeite met slikken en globusgevoel

Bijna iedereen kent wel een periode van een brokgevoel in de keel (globusgevoel) of slikproblemen. Denk hierbij aan een verdrietig moment waarbij je een blokkade in je keel voelt of een keelontsteking waarbij het slikken pijn doet. Als deze klachten lang aanhouden of er is geen duidelijke aanleiding voor deze klachten, dan is het raadzaam de huisarts of KNO-arts te bezoeken.

Hoe werkt slikken?

Figuur A. Schematische weergave voordat er voedsel in de mond is.

Slikken gebeurt vrijwel volledig automatisch en onbewust. Het is een reeks van complexe kleine handelingen achter elkaar waardoor het eten van het bord in de maag belandt. Het begint met het eten goed in de mond krijgen. Voor mensen die een beroerte hebben doorgemaakt, kan het al heel moeilijk zijn om een lepel met yoghurt in de mond te krijgen.

Figuur B. Schematische weergave wanneer er voedsel in de mond is.

Als het eten eenmaal in de mond zit, ontstaat er een dans van het eten met de tanden en tong (figuur B). De tong zorgt ervoor dat het eten tussen de onder- en bovenkaak beweegt, zodat de tanden het eten fijn kunnen malen. Ook zorgt de tong er samen met de lippen voor dat het eten niet alvast de keel inschiet of via de mond er weer uit valt. Het malen en het in de mond houden kan moeilijk zijn voor mensen met de ziekte van Parkinson. Tijdens deze dans wordt het eten vermalen en gemengd met het speeksel uit de speekselklieren, zodat het makkelijker doorgeslikt kan worden. Mensen met de ziekte van Sjögren zullen minder speeksel mengen met het voedsel, waardoor het droger blijft.

Figuur C. Schematische weergave wanneer voedsel wordt doorgeslikt

Als het eten in de mond voorbereid is, zet de tong de poort naar de keel open en verplaatst de tong het eten of drinken naar de keel (figuur C). Mensen die tongkanker hebben gehad, kunnen hier problemen mee hebben. Het zachte gehemelte met de huig sluit de keel af van de neus, zodat het drinken er niet via de neus weer uit gaat. Tegelijkertijd moet het strottenhoofd omhoog en naar voren bewogen worden. Hierdoor sluit het strotteklepje de stemplooien en de luchtpijp kortdurend af, zodat het eten niet in het verkeerde keelgat schiet, maar rustig aan de achterkant van de keel richting de slokdarm gaat. Door deze beweging van het strottenhoofd gaat ook de bovenste kringspier van de slokdarm gemakkelijker open, waardoor het eten niet blijft hangen en direct de slokdarm in kan.

Figuur D. Schematische weergave wanneer voedsel verder door de slokdarm gaat

Eenmaal in de slokdarm wordt door vele kleine duwende bewegingen het eten van boven naar beneden verplaatst (figuur D). Uiteindelijk kan het eten en drinken de onderste kringspier van de slokdarm kan passeren en belandt het in de maag. Deze kringspieren zorgen er ook voor dat het eten niet gemakkelijk meer terug de slokdarm in kan.

Hoe kunnen slikklachten worden onderzocht?

Meestal kan de KNO-arts snel vaststellen wat het probleem is van uw slik- of globusklachten. De KNO-arts maakt daarbij gebruik van een dun flexibel slangetje met een camera (flexibele laryngoscopie) dat via de neus naar de keel kan kijken. De meeste mensen ervaren hier weinig hinder van.

Soms is het nodig een uitgebreider slikonderzoek te doen. Een van deze slikonderzoeken is het FEES-onderzoek. Tijdens de FEES gebruikt de KNO-arts de flexibele laryngoscopie om naar de keel te kijken, terwijl u verschillende diktes van voeding moet eten. Op deze manier kan beter gekeken worden waar het slikprobleem zich bevindt. Een vergelijkbaar onderzoek is de röntgen slikvideo. Deze kijkt op een iets andere manier naar de keel, namelijk via röntgenstraling, terwijl u eet. De KNO-arts en logopedist bespreken samen met u wat het beste onderzoek is voor uw klachten. Voor problemen in en rondom de slokdarm kan een slokdarmonderzoek nodig zijn.

Hoe behandel je slikklachten?

Meestal bestaat de behandeling uit logopedie. Nadat de reden van de slikklachten bekend is, kan de logopedist een op maat gemaakt plan maken. Dit kan variëren van enkele sessies logopedie in het geval van spierspanning tot langdurige of herhaaldelijke logopedie in het geval van bijvoorbeeld de ziekte van Parkinson. Soms kunnen medicijnen helpen zoals maagbeschermers. Slechts zelden is er een operatie nodig.