Maasziekenhuis Pantein Buiten
  1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Ademhalingstechnieken en oefenen bij COPD
Patiëntenfolder

Ademhalingstechnieken en oefenen bij COPD

Bij u is de aandoening COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease) vastgesteld. Hierdoor komt u vaak lucht tekort. Door ontstekingen in de luchtwegen krijgt u klachten zoals hoesten en benauwdheid. Ook de longblaasjes doen minder goed hun werk. In deze folder leest u hoe u uw ademhaling kunt gebruiken als u zich benauwd voelt. Er staan ook oefe-ningen in voor het vergroten van de kracht en conditie.

Wist je dat..

  • dat bij COPD vooral belangrijk is om goed met getuite lippen uit te blazen, zodat de luchtwegen open blijven staan.
  • dat een longaanval eenzelfde benaming is voor exacerbatie of longontsteking.
  • elke exacerbatie zorgt voor een verslechtering van de COPD en dat het daarom belangrijk is om op tijd contact op te nemen met huisarts of longverpleegkundige.
  • een exacerbatie een verslechtering van de conditie binnen 1 of enkele dagen is die wordt gekenmerkt door een toename van benauwdheid en hoesten, al dan niet gepaard gaande met meer slijmproductie.
  • licht voorovergebogen staan of zitten met de armen gesteund, een vermindering van het benauwdheidsgevoel geeft, omdat de hulpademhalingsspieren hierdoor ondersteund worden en meer ontspannen.
  • door COPD en de ziekte gerelateerde aspecten hiervan, de spierkracht in de grote spieren (met name de benen) afneemt.
  • de uitademing minstens twee keer zo lang moet zijn als de inademing voor een goede zuurstofuitwisseling? Bijvoorbeeld 1 tel inademen en 2 tellen uitademen. Het is wel belangrijk om de snelheid van ademen aan te passen aan de inspanning die u levert. Het lichaam geeft de snelheid van ademen aan.
  • de borstademhaling meer energie kost dan de buikademhaling? Dit komt doordat u bij borstademhaling veel meer spieren voor zowel het in- als uitademen moet aanspannen, terwijl u bij de buikademhaling voornamelijk alleen het middenrif (diafragma) gebruikt.
  • hoesten een reactie is van het lichaam om vreemde stoffen en irriterend slijm uit de luchtpijp en luchtwegen te verwijderen? Houd hoesten dus nooit in.
  • zuurstof niet verslavend werkt.
  • mensen met COPD in de ochtend vaak last hebben van opstartproblemen.

Het aanleren van een goede ademtechniek bij COPD

Ademhalen lijkt vanzelf te gaan. U gebruikt echter een aantal spieren die ervoor zorgen dat de lucht in en uit uw longen gaat. Deze spieren worden de ademhalingsspieren genoemd. Mogelijk zijn deze spieren verzwakt of is de stand van uw borstkas of longen anders geworden door uw longaandoening.

Basis ademhalingstechniek

De ademhaling is bij de meeste COPD patiënten niet efficiënt. Dat wil zeggen, er wordt te veel of op een verkeerde manier gebruik gemaakt van de ademhalingsspieren. Deze spieren hebben ook zuurstof nodig om te kunnen bewegen, terwijl u al benauwd bent.

Buikademhaling is de meest efficiënte manier om te ademen bij COPD patiënten die geen verlaagd middenrif (hyperinflatie stand) hebben. Dit heeft verschillende redenen. De romp is verdeeld is een borstholte en in een buikholte. In de borstholte zitten het hart en de longen en in de buikholte zitten de overige organen. Deze twee holtes worden gescheiden door het middenrif (diafragma). Dit is ook een spier. Door met de inademing de buik uit te zetten (een bolle buik te maken), spant het diafragma aan. Het diafragma beweegt naar beneden waardoor het onderste gedeelte van de longen beter ventileert. Hierdoor krijgen virussen en bacteriën minder kans om hier infecties te veroorzaken. Omdat alleen het diafragma beweegt, heeft dit ook nog als voordeel dat het ademen op deze manier minder energie kost omdat je niet alle hulpademhalings-spieren inschakelt. Bij de uitademing ontspant het diafragma en veert vanzelf terug omhoog. Buikademhaling is daarnaast ook nog een ontspanningsoefening.

Bij COPD-patiënten ontstaat vaak een ademhaling waarbij even lang in- als uitgeademd wordt. Het is juist beter om de uitademing langer te maken waardoor er meer ruimte komt om de longen weer te vullen met nieuwe zuurstof en op deze manier heeft het lichaam langer de tijd om ingeademde zuurstof op te nemen. De verhouding tussen de in- en uitademen zou dan moeten zijn: 1 tel in ademen en 2 tellen uitademen. Hiervoor kunt u de PLB-techniek gebruiken.

PLB-techniek (Pursed Lips Breathing)

Deze techniek vermindert het benauwdheidsgevoel. U kunt dit toepassen als u zich kortademig begint te voelen of tijdens inspanning. De techniek van PLB is als volgt:

  • inademen door de neus (of mond, als de neus verstopt zit) en maak een bolle buik.

Inademen door neus en bolle buik maken

  • tuit uw lippen en blaas zachtjes uit en maak weer een platte buik. Adem uit met een hoorbare pffffffffffff…… alsof u een kaars uitblaast of fluit zonder geluid.

Adem uit met pfffffff

Met de PLB verkleint u de opening van uw mond bij het uitademen, zodat er een beetje druk op uw luchtwegen blijft bestaan. De longblaasjes blijven dan beter open staan, waardoor er tijdens de uitademing meer lucht door de longen naar buiten gaat. Vervolgens kunt u ook weer dieper inademen. Zo hoeft u minder vaak in en uit te ademen om dezelfde hoeveelheid lucht binnen te krijgen. Uw ademhaling wordt daardoor ook rustiger.

Het efficiënt ophoesten van slijm

Bij COPD-patiënten is het longweefsel minder elastisch. Hoesten is vaak niet de meest efficiënte manier om slijm uit uw longen te verwijderen en daarnaast is het erg vermoeiend. Slijm ophoesten is wel heel belangrijk om luchtweginfecties en exacerbaties te voorkomen. Beter is de ‘huf-techniek’, waardoor u het slijm door een snelle uitademing uit uw longen verwijdert en verplaatst naar de luchtpijp. Om slijm op te kunnen huffen of hoesten, moet er eerst lucht achter het slijm komen. Dit doe je door eerst rustig in te ademen, de adem 1 seconde vast te houden en daarna met getuite lippen uit te blazen, om vervolgens te gaan huffen.

Uitvoering van ‘huf-techniek’

  • Neem de tijd voor het inademen en adem zo diep mogelijk in en maak een bolle buik. Hou de adem 1-2 seconden vast, zodat er lucht achter het slijm kan komen. Adem dan rustig uit met getuite lippen en maak een platte buik. Doe dit 5 keer.
  • Adem hierna nog een keer diep in en adem dan met wijd geopende mond snel en krachtig uit als het slijm zich in de bovenste luchtwegen bevindt en juist wat langer en rustiger als het slijm dieper in de luchtwegen zit (alsof u uw bril / spiegel vochtig wilt maken).

Huf-techniek

  • Herhaal deze oefening drie keer.
    Let op, de meest gemaakte fout bij huffen is om dat te krachtig te doen waardoor de luchtwegen dichtslaan.

Als u na deze techniek het slijm succesvol omhoog heeft gewerkt, kunt u door middel van een korte hoest het slijm ophoesten. Dat mag zo vaak als nodig is.
Als u merkt dat u het slijm niet goed opgehoest krijgt, kunt u proberen om met een rietje bellen te blazen in een bekertje water (zie foto hieronder).

Adem door neus en blaas via een rietje uit

U ademt in door de neus en blaast door het rietje uit. Herhaal dit 5 tot 10 keer. De trillingen van het bellen blazen helpen wellicht om het slijm los te trillen zodat ophoesten makkelijker wordt. Helpt dit niet voldoende, overleg dan met uw huisarts of longverpleegkundige of er andere opties zijn, zoals bijvoorbeeld het gebruik van een flutter of aerobika.

Het verbeteren van uw conditie en spierkracht

Door kortademigheid hebben veel patiënten de neiging om steeds minder actief te zijn. Hierdoor gaat uw kracht en uithoudingsvermogen langzaam achteruit en raakt u sneller benauwd bij inspanning. Daardoor gaat u misschien nog minder bewegen. U komt dat in een neergaande spiraal terecht. Als u te weinig beweegt, bestaat de kans dat u in deze vicieuze cirkel terecht komt.

Om uw kracht en uithoudingsvermogen te behouden, is het belangrijk om te trainen op het maximum van uw kunnen. In het ziekenhuis maakt u daarom een start met trainen. Dit kunt u thuis of bij de fysiotherapeut in uw eigen omgeving voortzetten.

Doe onderstaande oefeningen minimaal drie keer per week. Het aantal herhalingen dat u per dag kunt volhouden kan verschillen, maar dat maakt niet uit. Luister goed naar uw lichaam als u aan het oefenen bent.

1. Op de tenen gaan staan

Op de tenen gaan staan

2. Been zijwaarts heffen

Been zijwaarts heffen

3. Knie buigingen

Knie buigingen

4. Armen voorwaarts heffen

Armen voorwaarts heffen

5. Romp zijwaarts buigen

Romp zijwaarts buigen

6. Armen optrekken

Armen optrekken

7. Armen uitstrekken

Armen uitstrekken

8. Armen intrekken

Armen intrekken

9. Armen spreiden en sluiten op schouderhoogte

Armen spreiden en sluiten op schouderhoogte

10. Knie strekken

Knie strekken

Conditie oefeningen

Ga, als dat mogelijk is, regelmatig stukjes wandelen of fietsen. Het liefste elke dag 30 minuten, waarbij pauzes houden zijn toegestaan. Dus 3 keer 10 minuten is ook helemaal prima. Misschien is het ook leuk om met Nederland in beweging mee te doen op tv voor de afwisseling of bij slecht weer.

Houdingen ter vermindering van het benauwdheidsgevoel

Bij een voorwaarts leunende positie zult u een verlichting van kortademigheid bemerken. Als u daarbij ook de armen gebruikt in die voorovergebogen houding (handen op de knieën plaatsen en/of ellebogen op tafel) ontstaat er een houding waarin de hulpademhalingsspieren meer kracht kunnen leveren waardoor het benauwdheidsgevoel verminderd.

 

Voorwaarts leunende positie

 

Voorwaarts leunende positie met kussen en rollator

Staand kunt u een voorovergebogen houding aannemen en dan bijvoorbeeld met de handen steunen op de leuning van een hoge stoel of tafel.

 

Voorwaarts leunende positie tafel

Ook tijdens oefeningen en activiteiten kan de voorovergebogen houding worden toegepast door met de handen te steunen op een winkelkar, rollator of op de leuningen bij een loopband.

Het lopen met een rollator kost om bovenstaande redenen ook minder energie en daardoor bent u in staat om langere afstanden af te leggen dan zonder een rollator.

Doseren van energie

Door de COPD kan de energie die u op een dag te besteden hebt, erg wisselend zijn. Het is belangrijk om hierop te anticiperen. Luister hierbij goed naar uw lichaam. Een aantal tips:

  • Probeer uw activiteiten te verdelen over de dag;
  • Pas het tempo van het uitvoeren van de activiteit aan, het kan en hoeft niet meer even snel als vroeger;
  • Probeer iets niet nog snel af te maken als het niet meer gaat, ga niet over uw grenzen;
  • Probeer zware activiteiten op te splitsen in meerdere stukjes, bijvoorbeeld bij stofzuigen. Niet alles hoeft achter elkaar;
  • Bouw genoeg rustmomenten in verdeeld over de dag (even iets doen, even niets doen);
  • Wissel activiteiten die u energie geven en activiteiten die u energie kosten met elkaar af.

Gebruik hulpmiddelen zoals een rollator of boodschappentrolley

Meer informatie

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neemt u dan contact op met de afdeling Fysiotherapie. Het telefoonnummer is 0485-84 52 55.

Specialismen