Maasziekenhuis Pantein Hal met trap
  1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Neusamandel verwijderen bij kinderen
Patiëntenfolder

Neusamandel verwijderen bij kinderen

Bij uw kind wordt de neusamandel verwijderd. Deze behandeling vindt plaats onder narcose. Voor kinderen, en ook voor u zelf, kan dit een spannende gebeurtenis zijn. Een goede voorbereiding op de ingreep is daarom belangrijk. Het lezen van deze folder kan daarbij helpen.

In overleg met de KNO-arts heeft u besloten tot het verwijderen van de neusamandel bij uw kind. Als uw kind jonger dan twaalf jaar is, heeft de arts daarvoor uw toestemming nodig. Is uw kind twaalf jaar of ouder, dan is behalve uw toestemming ook de toestemming van uw kind zelf nodig. Vanaf zestien jaar mag uw kind zelfstandig over een medische behandeling beslissen. Toestemming kunt u alleen geven nadat de arts u geïnformeerd heeft over onder andere de aandoening, mogelijke onder-zoeken en behandeling(en), de gevolgen, de mogelijke risico’s en vooruitzichten en eventuele alternatieven. De arts heeft u al het nodige verteld over de behandeling. In deze folder kunt u deze informatie nog eens rustig nalezen.

Voor de leesbaarheid van de folder is deze geschreven in de ‘hij-vorm’. Uiteraard kunt u in alle gevallen in plaats van ‘hij’ ook ‘zij’ lezen.

Wat is een neusamandel?

Ieder kind heeft een neusamandel, een klierbobbel achter de neus, in de neuskeelholte. Hij werkt als een filter tegen binnendringende ziektekiemen. Eventuele problemen ontstaan als de neusamandel ontstoken en opgezwollen raakt. Dit gebeurt meestal als de neusamandel niet meer in staat is alle ziektekiemen te vernietigen. Deze hopen zich dan op in de amandel. Hierdoor kan ook een middenoorontsteking ontstaan. In overleg met de KNO-arts kunt u (en uw kind) er voor kiezen de neusamandel operatief te verwijderen. De neusamandel wordt dan via de mond verwijderd.

Voorbereiding op de opname

Om uw kind te kunnen voorbereiden op de operatie en de narcose is het belangrijk dat u zelf goed op de hoogte bent van de gang van zaken in het ziekenhuis. Van de behandelend arts, de anesthesioloog en de (informatie)verpleegkundige krijgt u informatie over de opname en de voorbereiding hierop. Veel van deze informatie kunt u nog eens rustig nalezen in deze folder en de folders ‘Anesthesie bij kinderen’ en ‘Wegwijzer dagopname bij kinderen’. Hierin vindt u onder andere informatie over:

  • Ouderparticipatie
  • Hoe bereid ik mijn kind voor op de opname?
  • Wat neem ik mee naar het ziekenhuis?
  • Hoe laat en waar melden we ons op de dag van opname?
  • Er mogen maximaal 2 begeleiders per kind mee komen

Belangrijk: volg de instructies nauwkeurig op!

Ter voorbereiding op de operatie volgt u de instructies zoals u die heeft gekregen van de behandelend arts, de anesthesioloog en de informatie-verpleegkundige.

U heeft instructies gekregen voor:

  • Medicijngebruik
  • Voeding

Alle instructies die voor uw kind van toepassing zijn, kunt u teruglezen in de folder ‘Anesthesie bij kinderen’.

Dag van opname

Kinderafdeling C4

Op de afgesproken dag en tijd gaat u zich samen met uw kind naar de kinderafdeling C4 op de 4e verdieping van het Maasziekenhuis. U wordt ontvangen door een verpleegkundige van de afdeling. De verpleegkundige vult met u de digitale benodigde gegevens in. Ook vraagt zij of u de voedingsinstructies heeft nageleefd.
Er mogen maximaal 2 begeleiders per kind meekomen. Verder bezoek alleen in overleg met de verpleegkundige.

De medisch pedagogisch zorgverlener brengt u en uw kind naar de kamer waar uw kind de bovenkleding uit doet. Uw kind krijgt een speciaal jasje aan. Op de afdeling zijn afsluitbare kastjes waarin u waardevolle spullen kunt opbergen.

In de operatiekamer

Samen gaat u naar de operatiekamer waar uw kind op de operatietafel plaatsneemt. De medisch pedagogisch zorgverlener is aanwezig om u en uw kind te begeleiden. Als uw kind slaapt, verlaat u de operatiekamer en neemt u plaats in de wachtruimte. Als uw kind na de operatie weer teruggaat naar de verkoeverkamer, mag u weer naar uw kind toe.

In de folder ‘Anesthesie bij kinderen’ kunt u meer lezen over de gang van zaken op de operatieafdeling.

Na de ingreep

Na de operatie gaat uw kind naar de verkoeverkamer. Uw kind krijgt hier de eerste slokjes water en een zetpil. Als uw kind goed wakker is, komt de verpleegkundige u en uw kind ophalen om naar de verpleegafdeling te gaan. U kunt daar blijven tot uw kind naar huis mag.

Het is belangrijk dat uw kind goed drinkt. Begin met water en geef later limonade of een waterijsje. Het is normaal dat uw kind keelpijn (slikpijn) heeft en dat er de eerste uren nog wat bloed en vocht uit de neus komt. Als uw kind de neus snuit, zorg dan dat hij één neusgat gesloten houdt en het andere geopend.

Naar huis

Terug op de afdeling blijft uw kind in eerste instantie nog even op de kamer. Daarna mag hij eventueel nog in de speelkamer spelen. Drie uur na de ingreep mag u met uw kind naar huis. Na overleg met de artsen volgt een ontslaggesprek met een verpleegkundige. Tijdens dit gesprek krijgt u een afspraak voor poliklinische controle en wordt de nazorg besproken.

Vervoer naar huis

U mag samen met uw kind met de auto weer naar huis gaan. Het is belangrijk dat hierbij twee volwassenen aanwezig zijn. Sommige kinderen kunnen onderweg niet lekker worden of vragen veel aandacht. Het is goed dat er dan buiten de bestuurder iemand voor het kind kan zorgen.

Adviezen voor thuis

  • Laat uw kind op de operatiedag veel koud drinken, bijvoorbeeld water, limonade zonder prik, (koude) thee en appelsap. Ook mag uw kind vla, yoghurt en pap (niet te heet) hebben.
  • De eerste dag ná de operatiedag mag uw kind weer alles eten. Vermijd scherp voedsel zoals chips en friet.
  • Probeer het drinken met behulp van een rietje of zuigfles te vermijden. Zuigen kan een bloeding veroorzaken. Ook het gebruik van een speen is om die reden af te raden.
  • De eerste dagen kan uw kind nog wat slaperig en moe zijn. Voldoende rust is erg belangrijk.
  • Bij het wakker worden kan er nog steeds wat bloed en vocht uit de neus lopen.
  • Voelt uw kind zich alweer wat beter, dan mag hij rustig in huis rondlopen. De eerste één of twee dagen moet hij nog binnen blijven.
  • Na een week kan uw kind weer naar school.
  • Na twee weken mag uw kind weer zwemmen.
  • Meestal heeft een kind thuis geen pijnstillers meer nodig. Heeft uw kind nog wel pijn? Geeft u hem dan paracetamol (tabletten). Gebruik geen tabletten of zetpillen die aspirine bevatten. Deze verhogen de kans op een bloeding.
  • Doen zich thuis nog problemen voor, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek KNO op telefoonnummer 0485-84 53 85.

Mogelijke complicaties

Een nabloeding is zeer zeldzaam en te herkennen aan een bloedneus die niet vanzelf stopt of bloedverlies uit de mond. Druppel de neus met neusdruppels (Otrivin voor kinderen), 3 tot 5 druppels per neusgat. Advies is om deze neusdruppels al in huis te hebben. Deze neusdruppels zijn te koop bij drogist of apotheek.

Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?

Gaat de bloeding niet over? Neemt u dan contact op met de polikliniek KNO op telefoonnummer 0485-84 53 85. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp op telefoonnummer 0485-84 53 31.

Poliklinische controle

Heeft u nog geen afspraak voor het poliklinische controleonderzoek? Neemt u dan zelf contact op met de polikliniek KNO. Doet u dit bij voorkeur zo spoedig mogelijk als uw kind weer thuis is. Het telefoonnummer is 0485-84 53 85.

Meer informatie

Heeft u nog vragen, aarzelt u dan niet deze te stellen aan de KNO-arts of verpleegkundige. Meer informatie vindt u ook in de folders ‘Anesthesie bij kinderen’ en ‘Wegwijzer dagopname bij kinderen’.

Bij vragen of problemen na de ingreep, kunt u altijd contact opnemen met de polikliniek KNO via telefoonnummer 0485-84 53 85 of buiten kantooruren via de Spoedeisende Hulp op telefoonnummer 0485-84 53 31.

Algemene informatie kunt u ook krijgen bij:
Stichting Kind & Ziekenhuis
Postbus 197
3500 AD Utrecht
Telefoonnummer: 030-291 67 36
E-mail: info@kindenziekenhuis.nl
Website: www.kindenziekenhuis.nl