Gebouw Maasziekenhuis Pantein
  1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Implanteerbare hartritme-monitor inbrengen of verwijderen
Patiëntenfolder

Implanteerbare hartritme-monitor inbrengen of verwijderen

U bent onder behandeling bij de polikliniek Cardiologie van Maasziekenhuis Pantein. Binnenkort krijgt u een implanteerbare hartritme-monitor of wordt deze verwijderd. In deze folder leest u hoe de ingreep verloopt en hoe u zich hierop kunt voorbereiden.

Hartritme-monitor

Een implanteerbare hartritme-monitor registreert 24 uur per dag uw hartritme. Het apparaatje zit tijdelijk in uw lichaam, net onder uw huid. De cardioloog kan een implanteerbare hartritme-monitor inzetten bij klachten die mogelijk veroorzaakt wordend oor een afwijking in uw hartritme.
Bijvoorbeeld:

  • Als uw hart af en toe te snel of te langzaam klopt.
  • Als u vaak duizelig of licht in het hoofd bent.
  • Als u vaak flauw valt.

Andere benamingen voor een hartritme- monitor hiervoor zijn: Insertable Loop recorder (ILR), Insertable Cardiac Monitor (ICM) of Inwendige Event Recorder (IER).

Een implanteerbare hartritme-monitor bestaat uit 2 onderdelen:

  • Het apparaatje (implantaat) dat naast uw borstbeen wordt geplaatst.
  • Een afstandsbediening (activator) waarmee u kunt aangeven dat u klachten heeft. De gegevens hiervan kan de pacemakertechnicus uitlezen tijdens de controle van uw implanteerbare hartritme-monitor.

Het inbrengen of verwijderen van een implanteerbare hartritmemonitor vindt poliklinisch plaats.

Inbrengen of verwijderen van de hartritme-monitor

In deze folder wordt vooral gesproken over het inbrengen van de implanteerbare hartritme-monitor. Wordt bij u de hartritme-monitor verwijderd? Dan kunt u dezelfde instructies volgen ter voorbereiding op de ingreep. Ook de nazorg is gelijk voor het inbrengen en verwijderen van de hartritme-monitor. Dus waar in deze folder wordt gesproken over het inbrengen van de hartritmemonitor kunt u ook lezen het verwijderen van de hartritme-monitor.

Voorbereiding op de ingreep

Eten en drinken

U kunt op de dag van de ingreep normaal eten en drinken.

Medicijngebruik

Bent u allergisch voor medicijnen zoals antibiotica? Meld dit dan van tevoren aan uw behandeld cardioloog. Hij of zij vertelt u tijdens het spreekuur of en met welke medicijnen u tijdelijk dient te stoppen. U mag uw medicatie innemen zoals afgesproken.

Douchen/baden

Voor de ingreep moet de huid schoon zijn. Wij verzoeken u, voordat u naar het ziekenhuis komt, te douchen of te baden.

Griep of koorts?

Heeft u de dag voor de ingreep griep of koorts? Neem dan contact op met poli Cardiologie op telefoonnummer 0485-84 53 40. U hoort dan of het nodig is om een nieuwe afspraak te maken.

Meenemen naar het ziekenhuis

  • Uw legitimatiebewijs (paspoort, identiteitskaart of rijbewijs).
  • Actueel Medicatie Overzicht (AMO). Dit overzicht kunt u opvragen bij uw apotheek als u (nog) geen toestemming heeft gegeven voor het delen van uw medicatiegegevens.

De ingreep

U krijgt een plaatselijke verdoving. Daarna maakt de cardioloog een kleine opening, net onder uw huid. Meestal net links van uw borstbeen. Via deze opening wordt het apparaatje onder de huid geschoven. De huid wordt gesloten met een paar stripjes of soms met huidlijm. Daar over heen gaat een wat grotere pleister.

Het plaatsen van een implanteerbare hartritme-monitor duurt ongeveer 30 minuten. Na de ingreep blijft u nog een kwartier in het ziekenhuis voordat u naar huis mag.

Na de behandeling

Complicaties

Het inbrengen van een implanteerbare hartritme-monitor is een eenvoudige ingreep met weinig risico’s. De kans op een nabloeding of infectie is klein.

Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?

  • Als de wond blijft nabloeden.
  • Als er plotseling een toenemende zwelling onder de pleister optreedt.
  • Bij problemen met de wond, zoals roodheid of vochtigheid van de huid rondom de wond.
  • Bij koorts (hoger dan 38˚C).

Als zich thuis bovenstaande problemen voordoen, neemt u dan contact op met de polikliniek Cardiologie, via telefoonnummer 0485-84 53 40. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp op telefoonnummer 0485-84 53 31.

Adviezen voor thuis

  • Het wondverband moet 2 dagen blijven zitten. Douchen mag wanneer de wond dicht is.
  • Meestal wordt er gebruik gemaakt van oplosbare hechtingen. Als u geen oplosbare hechtingen heeft, dan moeten deze na 10 dagen verwijderd worden. Dit gebeurt op de polikliniek of bij de huisarts. Dit wordt aangegeven bij de ingreep.
  • Bij pijn mag u paracetamol 500 mg tabletten gebruiken, maximaal 4 keer per dag 2 tabletten.

Controleafspraak

U krijgt een afspraak mee vanuit poli cardiologie voor controle op de pacemakerpolikliniek. Tijdens deze afspraak wordt de wond en de implanteerbare hartritme-monitor gecontroleerd. U krijgt ook de afstandsbediening (activator) van uw implanteerbare hartritme-monitor en de benodigde uitleg hierover.

Hoe lang is de implanteerbare hartritme-monitor nodig?

De cardioloog kan u vooraf niet vertellen hoe lang u de implanteerbare hartritme-monitor moet dragen. De gebruiksduur is maximaal 3 jaar. Dit is ook de maximale levensduur van de batterij.

U komt regelmatig op controle voor het bespreken van de registratie. Als duidelijk is waar uw klachten vandaan komen, bespreekt uw cardioloog of er een behandeling nodig is en ook wanneer uw implanteerbare hartritme-monitor weer verwijderd kan worden.

Het verwijderen van uw implanteerbare hartritme-monitor

Op een bepaald moment moet uw implanteerbare hartritme-monitor weer verwijderd worden. Bijvoorbeeld als de batterij na maximaal ongeveer 3 jaar is uitgeput of als er een verklaring is voor de klachten waarvoor u de implanteerbare hartritme-monitor heeft gekregen. Als uw implanteerbare hartritme-monitor verwijderd wordt, bespreekt de cardioloog met u hoe het vervolg er uit gaat zien.

Meer informatie

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neemt u dan gerust contact op met de polikliniek Cardiologie op telefoonnummer 0485-84 53 40.

Specialismen